Zijn oude angst kwam terug, dezelfde ijzige angst die geworteld was in de zaak die hij nooit had opgelost. Hij herkende het patroon: de stille escalatie, de subtiele bedreigingen, de suggestie van vuur. Hij begreep meteen dat dit geen willekeurige waarschuwing was. Het was persoonlijk. Vale wilde hem van de zaak af, het zwijgen opleggen.
Manny haastte zich naar het ziekenhuis en controleerde de kamer van het meisje. De hond ijsbeerde in cirkels, oren naar achteren gespitst, spieren gespannen van onbehagen. Hij bleef naar de gang kijken alsof hij verwachtte dat er gevaar om de hoek zou opdoemen. De spanning in de kamer voelde elektrisch aan, een storm die elk moment kon losbarsten.