Na een vreemd bezoek plaatst een rouwende moeder een camera bij het graf van haar zoon

Ochtendlicht verzachtte de rijen grafstenen toen Ellen naderde, vochtig gras dat langs haar schoenen streek. Het graf van haar zoon zag er anders uit – schoner, het marmer helder, en de bloemen rechtop alsof iemand ze had gerangschikt. Ze fronste en hurkte dichterbij. De grond was glad en ongebroken. Iemand had het graf schoongemaakt.

Ze zag de beheerder bij het hek harken en riep. “Heb jij deze schoongemaakt?” Hij keek verbaasd op. “Nee, mevrouw. We maaien alleen het gras; verder niets.” Ellen bedankte hem en liep langzaam terug, haar hartslag vreemd luid. Waarom zou iemand de rustplaats van haar zoon verstoren? Ellen voelde zich verkleumd bij de gedachte.