Deze oom en tante hadden jaren geleden ruzie gekregen met zijn vader. Dat was voordat zijn vader het landhuis erfde. Op zijn beurt erfde Marco het van hem. Natuurlijk was het gebouw toen al in verval geraakt en Marco moest persoonlijk toezien op de vele renovaties.
Door de jaren heen had Marco ernaar gestreefd om een hartelijke relatie met het oude echtpaar te onderhouden. Zij waren tenslotte de enige mensen hier in de buurt die hij “bloedverwanten” kon noemen. Hij wist niet zeker of ze zijn uitnodiging op zo’n korte termijn zouden accepteren. Hij vervloekte zijn geluk weer dat hij zo snel weg moest.