Connor’s uitdrukking verhardde. “Natuurlijk geef ik erom. Verander dit niet in iets wat het niet is. Ik heb een fout gemaakt. Ik ben menselijk.” Maar het kwaad was geschied. Haar liefdesverdriet had een doelwit gevonden. En die nacht, in hun te stille huis, begon de eerste echte barst in hun huwelijk zichtbaar te worden.
Connor sliep die nacht in de logeerkamer en geen van beiden begon er de volgende ochtend over. Er was geen verontschuldiging, geen vervolggesprek, alleen stille vermijding. Maar Julia kon niet stoppen met aan die geur te denken. De rook, ja. Maar ook aan iets anders dat ze niet kon benoemen, iets dat er niet hoorde.