Hij reikte naar het cadeautasje op het bijzettafeltje – het tasje dat Julia eerder door het caféraam had gezien. “Onze laatste les was vorige week. Vandaag heeft ze net de laatste fles afgegeven. Ik ontmoette haar in het café om haar te bedanken en dit op te halen.” Hij overhandigde het.
Julia opende de tas langzaam, haar hart bonkte. Binnenin, genesteld in vloeipapier, zat een klein, elegant parfumflesje-glas met gouden details en haar naam delicaat geëtst langs de zijkant. Ze verwijderde de dop, spoot het lichtjes op haar pols en inhaleerde. Het was dezelfde bloemengeur. Precies dezelfde.