De buurman klopte om 5 uur ’s ochtends aan en zei: “Ga vandaag niet werken. Vertrouw me maar” – ’s Middags begreep hij waarom..

Calder vervolgde rustig: “Ze zijn van plan je te gebruiken.” De zin hing als rook in de kamer. Evan knipperde met zijn ogen. “Ik?” Calder knikte. “Je bent een hefboom, zie je.” Evan’s geest ging tekeer, worstelde om het idee te bevatten. Waarom zou iemand hem gebruiken? Hij was in de verste verte niet betrokken bij iets belangrijks. Hij was een niemand.

Calder kwam dichterbij. “Ze willen toegang tot je appartement. Ze plaatsen iets bij je op het werk, creëren een vals spoor, schorsen je en begeleiden je naar buiten. Nu je weg bent, kunnen ze je huis vrij doorzoeken.” De uitleg was gruwelijk en verontrustend aannemelijk. Evan voelde zijn keel dichtknijpen.