Marcus stapte in zijn eigen auto en legde Luna op een zachte handdoek. Ze keek omhoog met ogen vol ontzag en vertrouwen. De beproevingen van de avond stonden in zijn geheugen gegrift en hij besefte dat hij haar vanaf nu nooit meer onbeschermd zou achterlaten.
Ze reden naar huis over kronkelige achterafweggetjes, het ochtendlicht wierp zachte stralen door de bomen. Het gewicht van de duisternis van het moeras verdween van zijn borst en maakte plaats voor een hernieuwde overtuiging. Marcus keek naar Luna en dacht aan haar onwrikbare loyaliteit. Hij was haar bijna kwijtgeraakt en dat was een les die hij nooit zou vergeten.