Dít woord is verkozen tot het woord van het jaar 2021

prikspijt woord

Het is opnieuw een woord dat met corona te maken heeft

Woonprotest, wappiegeluid en prikspijt: het zijn woorden die deze maand kans maakten om verkozen te worden tot het woord van het jaar. De uiteindelijke winnaar is geworden: prikspijt. Daarmee is er opnieuw een coronawoord op de eerste plek geëindigd. 

Prikspijt

De term prikspijt stond ruim bovenaan de peilingen. Met 82,2 procent van de stemmen versloeg het ‘wappiegeluid’ (3,7%) en ‘woonprotest’ (3.6%). Er werd maar liefs 49.000 keer gestemd. Van Dale omschrijft prikspijt ook wel als: “spijt die iemand heeft van het feit dat hij zich heeft laten vaccineren tegen een bepaalde besmettelijke ziekte.” 

Samenleving

Volgens Ton den Boon, hoofdredacteur van Van Dale, was het verschil met de nummer twee nog nooit zo groot. “Prikspijt is een breed begrip en laat goed zien wat er in de samenleving speelt. Enerzijds heb je het activisme op sociale media van mensen die tegen de coronavaccinaties zijn. Maar prikspijt kan ook worden opgevat als een term die je gebruikt als je korte tijd pijn ervaart na de vaccinatie. Of omdat de vaccinaties op dit moment toch niet de ultieme uitweg uit de crisis lijken te zijn, zoals gehoopt”, aldus Den Boon.

Eerdere winnaars

De woorden die voorgaande jaren als winnaar uit de bus kwamen zijn:

  • anderhalvemetersamenleving (2020)
  • boomer (2019)
  • blokkeerfries (2018)
  • appongeluk (2017)
  • treitervlogger (2016)
  • sjoemelsoftware (2015)
  • dagobertducktaks (2014)
  • selfie (2013)
  • project X-feest (2012)
  • tuigdorp (2011)
  • gedoogregering (2010)
  • ontvrienden (2009)
  • swaffelen (2008)
  • bokitoproof (2007)

Reactie De Jonge

Hugo de Jonge heeft gereageerd op het woord prikspijt als woord van het jaar. De minister schrijft op Twitter namelijk: “Als je op de ic ligt omdat je géén prik hebt genomen. Dan heb je pas prikspijt.”

Lees ook: Nieuwe manier van testen op corona: de sabbelzelftest

Bron: Metronieuws | Beeld: Pexels